7. Vervoer

20 september 2024

Van de verhoging van de vaste voet van de bpm tot het vervallen van de bpm-vrijstelling voor de bestelauto en de korting op de motorrijtuigbelasting voor emissievrije auto’s. Ook op het gebied van vervoer brengt het Belastingplan 2025 de nodige wijzigingen en gevolgen met zich mee. Lees hier waar u op moet letten.

 

7.1     Verlenging accijnsverlaging voor brandstof


De verlaging van de accijns op benzine, diesel en LPG die sinds 1 juli 2023 van kracht is, wordt verlengd tot eind 2025. Oorspronkelijk zou deze maatregel gelden tot 31 december 2024. Dit betekent dat automobilisten en bedrijven nog een extra jaar kunnen profiteren van lagere brandstofkosten. Vanaf 2026 komt deze accijnsverlaging volledig te vervallen.

 

7.2     Vervallen naheffing en teruggaaf veraccijnsde voorraad brandstof


De regeling voor de naheffing en teruggaaf van accijns op de voorraad brandstof wordt afgeschaft. Deze regeling is van toepassing bij wijzigingen in de accijnstarieven en werd in het verleden al vaak niet van toepassing verklaard vanwege onuitvoerbaarheid.

 

7.3     Rode diesel


In het Hoofdlijnenakkoord is voorgesteld dat het gebruik van rode diesel in de landbouw opnieuw zou worden toegestaan. Toch is de herinvoering van rode diesel niet opgenomen in de huidige voorstellen.

 

7.4     Verhoging vaste voet bpm


De bpm (belasting van personenauto's en motorrijwielen) is opgebouwd uit twee delen: een vast bedrag (ook wel voet genoemd) en een variabel bedrag dat gebaseerd is op de CO2-uitstoot van het voertuig. Vanaf 2025 wordt de vaste voet van de bpm verhoogd met € 200.

 

7.5     Afschaffing speciaal bpm-tarief plug-in-hybrids


Vanaf 1 januari 2025 wordt de aparte bpm-tariefstructuur voor plug-inhybride voertuigen (PHEV's) afgeschaft. PHEV’s vallen dan onder de reguliere bpm-tabel, met lagere tarieven per gram CO2-uitstoot. Dit komt doordat de CO2-uitstoot van PHEV’s door nieuwe Europese richtlijnen realistischer gemeten wordt. Hoewel dit in eerste instantie kan leiden tot een lagere bpm voor sommige PHEV's, stijgt dit juist wanneer nieuwe voertuigen met een hogere CO2-uitstoot worden ingevoerd.

 

Deze wijziging leidt tot een stijging van de bpm met ongeveer € 1.300 tot € 7.600 per voertuig. In 2027 wordt een verdere CO2-uitstootstijging verwacht, wat kan leiden tot een bpm van ongeveer € 15.000 per voertuig.

 

7.6     Invoering tijdelijke tariefskorting mrb emissievrije personenauto’s


Emissievrije auto’s (volledig elektrisch of waterstof gedreven) zijn vanaf 2025 niet meer volledig vrijgesteld voor de motorrijtuigbelasting. Er geldt een tariefkorting van 75% op de reguliere motorrijtuigenbelasting. Vanaf 2026 zou deze tariefkorting verdwijnen. Voorgesteld is nu echter om vanaf 2026 een tariefskorting van 25% op de motorrijtuigbelasting in tee voeren. Deze korting vervalt volledig in 2030. Het tarief voor emissievrije auto’s wordt dan gelijk aan dat van conventionele voertuigen.

 

7.7     Bpm-vrijstelling bestelauto’s


Vanaf 1 januari 2025 wordt de bpm-vrijstelling voor bestelauto’s afgeschaft. Bestelauto’s worden dan belast op basis van hun CO2-uitstoot, net zoals personenauto’s. Dit betekent dat bestelauto’s met een hogere CO2-uitstoot ook hogere bpm-kosten hebben, terwijl emissievrije bestelauto’s nog steeds vrijgesteld zijn van bpm.

 

Tip!

Wilt u nog gebruikmaken van de vrijstelling voor btw-plichtige ondernemers bij de aanschaf van een bestelauto? Bestel deze dan op tijd, zodat u in 2024 nog gebruikmaakt van de vrijstelling!

 

Tip!

De hoogte van de bpm op bestelauto’s is afhankelijk van de CO2-uitstoot. Als u uw bestelauto’s na 1 januari 2025 vervangt, is het dus fiscaal voordelig om deze te vervangen voor emissievrije bestelauto’s.

 

7.8     Definities voortuigen voor belastingen verduidelijkt


In Nederland zijn de voertuigdefinities voor de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) en de motorrijtuigenbelasting soms afwijkend van de definities in het kentekenregister. Dit kan leiden tot verwarring en onnauwkeurigheden bij de belastingheffing. Daarom worden de definities in de bpm en motorrijtuigenbelasting vanaf 2027 gelijkgetrokken met de officiële registratie in het kentekenregister.

 


 

13 mei 2025
Belastingrente in strijd met evenredigheidsbeginsel Rechtbank Noord-Nederland oordeelde op 7 november 2024 dat de belastingrente die de Belastingdienst berekent over aanslagen vennootschapsbelasting (Vpb) in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Naar aanleiding van deze uitspraak zijn veel bezwaarschriften tegen de belastingrente bij de Belastingdienst binnengekomen. Aanwijzing massaal bezwaar Daarom zijn vanaf 7 februari 2025 de bezwaren tegen de vanaf 1 oktober 2020 in rekening gebrachte belastingrente voor de Vpb aangewezen als massaal bezwaar. Dit gold echter nog niet voor de bezwaren tegen de in rekening gebrachte belastingrente voor de IB. Daar is met ingang van 8 mei 2025 verandering in gekomen. Vanaf die datum zijn ook de bezwaren tegen de vanaf 1 oktober 2020 in rekening gebracht belastingrente voor de IB en onder meer de erfbelasting, loonbelasting, dividendbelasting, omzetbelasting, overdrachtsbelasting en de bpm als massaal bezwaar aangewezen. Wat betekent dit? De aanwijzing als massaal bezwaar betekent dat de Belastingdienst nu nog geen uitspraak doet op deze bezwaren, maar deze aanhoudt. Als de diverse vragen over de belastingrente in de rechtspraak definitief zijn beantwoord, doet de Belastingdienst één gezamenlijke collectieve uitspraak op alle bezwaren. Wel tijdig bezwaar maken! U kunt bij deze massaalbezwaarprocedure aansluiten. Daarvoor moet u tijdig, dat wil zeggen binnen zes weken na dagtekening van de aanslag, bezwaar maken tegen de belastingrente. Let op: U kunt nu dus niet achteroverleunen en de gerechtelijke uitspraken afwachten, maar u moet bij een aanslag met belastingrente in actie komen!  Uitspraak bezwaar vóór 7 mei of 7 februari 2025? Maakte u bezwaar, maar deed de Belastingdienst al vóór 7 mei 2025 uitspraak op dit bezwaar? Dan valt u niet onder het massaal bezwaar. U moet dan in beroep bij de rechtbank om uw rechten veilig te stellen. Deze bepaling geldt voor de IB en onder meer de erfbelasting, loonbelasting, dividendbelasting, omzetbelasting, overdrachtsbelasting en de bpm. Let op: Voor de belastingrente op een aanslag Vpb geldt dat u niet onder het massaal bezwaar valt, als de Belastingdienst vóór 7 februari 2025 al uitspraak deed. Andere werkwijze bij voorlopige aanslagen Is op een voorlopige aanslag belastingrente berekend, dan geldt een andere – helaas omslachtige – werkwijze. Tegen de belastingrente op een voorlopige aanslag kunt u namelijk niet rechtstreeks in bezwaar. U moet eerst een verzoek om herziening van de voorlopige aanslag indienen. De Belastingdienst wijst dit verzoek dan af en daartegen kunt u in bezwaar. Als dit bezwaar tijdig is gedaan, valt dit in de massaalbezwaarprocedure. Let op: U kunt niet volstaan met alleen een bezwaar tegen de definitieve aanslag waarmee de voorlopige aanslag verrekend wordt. De belastingrente, die berekend is op de voorlopige aanslag, loopt dan namelijk niet in het bezwaar mee. U moet daarom ook een verzoek om herziening van de voorlopige aanslag doen én tegen de afwijzing daarvan bezwaar maken. Nog andere bezwaren? Zijn in uw bezwaar ook nog andere bezwaren opgenomen dan de belastingrente, dan doet de Belastingdienst op die andere bezwaren wel al een uitspraak. Wijst de Belastingdienst deze andere bezwaren (gedeeltelijk) af, dan kunt u daartegen in beroep bij de rechtbank. Tip: Heeft u vragen over uw situatie en wat u moet doen? Neem dan contact op met een van onze adviseurs. Wij helpen u graag verder.
door duda-wsm 12 mei 2025
Na gesprekken met collega’s Mees, Wessel en Rick is het nu tijd om kennis te maken met Ilse, fiscalist bij WEA Naaldwijk. Met een brede glimlach en een scherp oog voor details vertelt ze over haar weg naar de fiscaliteit, haar passie voor het vak en hoe ze klanten helpt om fiscaal optimaal te presteren.
door duda-wsm 12 mei 2025
Bij WEA Naaldwijk draait een stage niet alleen om het schrijven van een scriptie. Je draait mee in een professioneel en tegelijk informeel team, om te ontdekken waar je talenten liggen, en om te proeven van een toekomst in de accountancy. Dat bewijst het verhaal van Mees, student business studies, die zich hier in korte tijd helemaal op zijn plek voelt.
Meer posts