14 maart 2025
Gecombineerde opgave 2025 van start U kunt nu de Gecombineerde opgave 2025 indienen. Het belang is wederom groot: u vraagt immers ook GLB-subsidies aan. Daarnaast geeft u uw eco-activiteiten op. U kunt de opgave uiterlijk 15 mei indienen via ‘mijn.rvo.nl’. Aanvraag GLB-subsidies, opgave eco-activiteiten Met de Gecombineerde opgave (GO) kunt u de volgende subsidies aanvragen: basispremie, ecopremie, Toeslag Jonge landbouwers, subsidie Zeldzame landbouwhuisdierrassen en Brede weersverzekering. Ook kunt u aangeven dat u, in het geval van bepaalde dierziekten, aanspraak wilt maken op een vergoeding uit het Diergezondheidsfonds. De ‘aanmelding’ via de GO is vervallen. Dit jaar vraagt u met de GO deze subsidies direct aan. Als u GLB-subsidies aanvraagt moet u het gehele jaar voldoen aan de conditionaliteiten (randvoorwaarden en GLMC’s). Eco-activiteiten Vraagt u ecopremie aan? Dan moet u uw eco-activiteiten ook opgeven. Na 15 mei kunt u geen eco-activiteiten meer toevoegen. ‘Mijn percelen’ bijwerken Een belangrijke basis voor de GO zijn uw percelen en de gewassen die u teelt. Zijn er veel wijzigingen in uw bouwplan? Dan is het handig om ‘Mijn percelen’ eerst bij te werken. Is uw bouwplan nagenoeg ongewijzigd, dan kunt u ook vanuit de GO naar ‘Mijn percelen’ gaan om de wijzigingen door te voeren. Vervallen ten opzichte van vorig jaar Dit jaar hoeft u geen ‘Niet-productief areaal’ (NPA) op te geven. De 4% NPA-eis op bouwland (GLMC 8) is immers vervallen. Wel moet u uw sloten en landschapselementen (blijven) opgeven als subsidiabel areaal. De vragen over het uitrijden van dierlijke mest op uw grasland en bouwland komen dit jaar niet terug in de GO. Begin tijdig met uw Gecombineerde opgave. Het belang om de GO correct en tijdig in te dienen is immers groot. Opgave huisvestingssystemen en mestopslag Het invullen van de GO is vergelijkbaar met vorig jaar. Wel zijn er enkele wijzigingen doorgevoerd in de gegevens die u op moet geven. Daarnaast worden enkele nieuwe vragen gesteld. De onderdelen ‘Huisvestingssystemen’ en ‘Mestopslag’ vragen dit jaar extra aandacht. Opgave huisvestingsystemen Houd u rundvee, varkens, pluimvee, kalkoenen, geiten en/of eenden? Dat moet u, net als voorgaande jaren, per stal het huisvestingssysteem opgeven. Dit jaar worden de gegevens van voorgaande jaar niet vooringevuld. Dit is nu niet mogelijk omdat de bekende ‘Rav-codes’ zijn vervangen door nieuwe ‘OW-codes’. Dit betekent dat u de huisvestingsystemen zelf moet invullen. U kunt hierbij gebruik maken van de ‘Conversietabel OW- naar Rav-code’. Vraag uw adviseur naar deze tabel. Opgave mestopslagcapaciteit Bij het onderdeel ‘Mest’ moet u dit jaar de mestopslagcapaciteit opgeven als u mest opslaat in de periode augustus 2024 t/m februari 2025. Het gaat om de mestopslagcapaciteit voor drijfmest, vaste mest en gier. U geeft per diersoort op of deze mestopslag in/onder de stal ligt of daarbuiten. Daarnaast moet u bij een buitenopslag aangeven of een afdekking aanwezig is. Bereid deze onderdelen zo veel mogelijk voor, zodat u de GO sneller kunt invullen. Raadpleeg zo nodig uw adviseur. Geen KVK? Soms toch GLB-subsidies De hoofdregel bij het ontvangen van GLB-subsidies is dat uw bedrijf bij KVK is inschreven en dat u landbouwactiviteiten uitvoert. Als landbouw een nevenactiviteit is dan moeten de inkomsten uit landbouw minimaal 1/3 zijn, wat middels een accountantsverklaring aangetoond moet worden. Soms heeft u geen KVK-inschrijving of accountantsverklaring nodig. Dit speelt als de hoogte van uw GLB-subsidies beperkt is. € 5.000-regel Heeft u geen KVK-inschrijving? Of is landbouw een nevenactiviteit en heeft u geen accountantsverklaring? Dan kunt u soms toch voor GLB-subsidies in aanmerking komen. Hiervoor zijn twee opties. Voorgaande jaar minder dan € 5.000 ontvangen Ontving u over het aanvraagjaar 2024 minder dan € 5.000 aan rechtstreekse betalingen (basis-, ecopremie en Toeslag Jonge landbouwers)? Dan komt u dit jaar weer in aanmerking voor GLB-subsidies. Het bedrag van € 5.000 is vóór eventuele kortingen. De hoogte van het bedrag dat u in 2025 ontvangt is niet van belang. Voorgaande jaar geen uitbetaling ontvangen Heeft u in 2024 geen uitbetaling ontvangen, omdat u niets heeft aangevraagd of geen GLB-subsidies zijn toegekend? Dan mag u dit jaar maximaal € 5.000 aan rechtstreekse betalingen ‘ontvangen’. Het bedrag van € 5.000 wordt berekend op basis van uw subsidiabel areaal in 2025 vermenigvuldigt met de eenheidsbedragen voor de basis- en ecopremie van 2024. Voor de basispremie rekent u met € 253,51 per ha voor de eerste 40 ha en € 200,48 voor de overige hectares. Voor de ecopremie moet u bepalen in welke klasse u dit jaar komt. Vervolgens moet u rekenen met de bedragen exclusief de compensatie in 2024: Brons € 27,50, Zilver € 67,50 of Goud € 167,50. Is uw bedrijf niet ingeschreven bij KVK? Of is landbouw uw nevenactiviteit en heeft u geen accountantsverklaring? Dan kunt u, onder voorwaarden, toch in aanmerking komen voor GLB-subsidies. Vraag uw adviseur naar de details. Eco-activiteit weidegang gewijzigd Heeft u melkkoeien? Dan kunt u dit jaar wellicht ook kiezen voor de eco-activiteit ‘Weidegang 1.500 uur’ of ‘Weidegang 2.500 uur’. Vanaf dit jaar zijn enkele voorwaarden gewijzigd. Voorwaarden eco-activiteit ‘Weidegang’ Voor deze eco-activiteit gelden dit jaar de volgende voorwaarden: · De eco-activiteit geldt alleen voor het weiden van melkgevende koeien. · Bij ‘Weidegang 1.500 uur’ mag per ha beweidbare huiskavel maximaal 5 melkgevende melkkoeien worden geweid. Bij ‘Weidegang 2.500’ uur is dit 3 (was in 2024: 2,5). · De weidegang moet uiterlijk 15 mei starten (was in 2024: 1 juli). · U meldt uw bedrijf vóór de start van de weidegang aan bij Qlip, en uiterlijk 15 mei. · U meldt de eco-activiteit ook uiterlijk 15 mei aan via de GO. · De uren weidegang tellen pas vanaf het moment van aanmelding bij Qlip. · De weide-uren tellen mee t/m 30 november (was in 2024: standaard 15 oktober). · U moet uw melkkoeien minimaal 120 dagen weiden. · Alleen de dagen dat u de koeien ook overdag (tussen 6.00 en 22.00 u) minimaal 2 uur weidt tellen mee (nieuw). · U houdt een digitale weidekalender bij, waarin de data en tijdstippen van weiden van uw melkkoeien registreert. Wilt u één van de eco-activiteiten ‘Weidegang’ toepassen? Zorg dan dat u uw bedrijf vóór de weidegang aanmeldt bij Qlip en daarnaast de eco-activiteit uiterlijk 15 mei opgeeft in de GO. Let op kadastrale grens bij intekenen percelen Bij de opgave van uw percelen zijn de (topografische) perceelsgrenzen in ‘Mijn percelen’ van belang. Soms speelt ook de kadastrale grens een rol. Houdt hier rekening mee bij het intekenen van uw percelen. Perceelsgrenzen in ‘Mijn percelen’ en kadastrale grenzen In ‘Mijn percelen’ zijn de topografische grenzen gebaseerd op de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Vaak ligt de topografische grens ook op de kadastrale grens. Echter, dit is niet altijd het geval: dit speelt met name bij aangrenzende bermen of schouwpaden, die u wellicht wel (deels) gebruikt. Soms mag u hierdoor een deel van het perceel niet meetellen als u niet de eigenaar of pachter bent van dit deel. Ook bij sloten kan dit spelen. Toestemming gebruik (deel) perceel nodig Voor het GLB heeft u, naast het feitelijke gebruik van de grond, ook ‘toestemming voor gebruik’ nodig. Dit kan bijvoorbeeld een mondelinge afspraak zijn. Echter, bij controle kan RVO vragen om een schriftelijke toestemming van de eigenaar. Deze moet u op aanvraag kunnen overleggen. Geen schriftelijke toestemming? Afknippen op kadastrale grens Heeft u voor het deel van het perceel dat niet uw eigendom is geen toestemming van de eigenaar op schrift? Of verwacht u die niet te kunnen krijgen? Dan is het advies om dit deel in ‘Mijn percelen’ af te knippen op de kadastrale grens. Het afgeknipte deel geeft u niet op bij de GO. Let op bij ‘stukjes grond’ van de overheid Het komt in de praktijk nogal eens voor dat u bijvoorbeeld delen van bermen of schouwpaden ‘al jaren in gebruik’ heeft en dat de eigenaar (overheid) heeft hier geen bezwaar tegen heeft. Echter deze ‘overheden’ zullen niet snel een toestemming ‘op papier’ geven. Dat kan tot problemen leiden als RVO om een schriftelijke toestemming vraagt. Ligt een deel van uw perceel buiten de kadastrale eigendomsgrens? Geef dit deel niet op als u geen toestemming op schrift heeft of kunt krijgen. Verplicht rustgewas: gebruik de kaartlaag Op zand- en lössgrond bent u verplicht om in de periode 2023-2026 tenminste één keer een rustgewas te telen. In ‘Mijn percelen’ is een kaartlaag opgenomen waarmee u kunt controleren of afgelopen jaren op een perceel een rustgewas is geteeld. Kaartlaag ‘Rustgewassen’ In ‘Mijn percelen’ kunt u diverse kaartlagen aanzetten. Sinds kort is ook de kaartlaag ‘Rustgewassen’ toegevoegd. Met deze kaartlaag kunt u nagaan of in 2023 of 2024 een rustgewas op een perceel is geteeld. Groen gekleurd en jaartal Is binnen deze kaartlaag een perceel groen gekleurd, dan is op het perceel een rustgewas geteeld. Het jaartal geeft aan of dit voor het laatst in 2023 of in 2024 is gebeurd. Op deze percelen is dan aan de ‘rustgewas-eis’ voldaan. Niet alles op kaartlaag RVO geeft aan dat de volgende situaties niet zijn opgenomen in de kaartlaag: · De teelt van zaaizaad/vermeerdering, zonder specifieke gewascode. · Een korte teelt i.c.m. onbemest vanggewas in 2023. Vanaf 2024 is dit wel opgenomen. Is de weergave niet juist en is volgens u wel een rustgewas geteeld (eventueel door een vorige gebruiker)? Dan kunt u dit doorgeven aan RVO. U moet wel voor bewijsmateriaal zorgen. Belang gewasrotatie GLMC 7 groter U heeft nog twee jaar om aan een aantal voorwaarden van de ‘gewasrotatie-eis’ te voldoen. De voorwaarden zijn niet gewijzigd. Wel leven er veel vragen in de praktijk. Voorwaarden gewasrotatie-eis (GLMC 7) Binnen GLMC 7 geldt één voorwaarde specifiek voor zand- en lössgrond. Andere voorwaarden gelden voor alle grondsoorten. Voorwaarde zand- en lössgrond Voor bouwland op zand- en lössgrond bent u verplicht uiterlijk in 2026 een rustgewas te telen. Dit is ook een wettelijke verplichting. Hiervoor geldt geen vrijstelling binnen GLMC 7. Voorwaarden alle grondsoorten Voor alle grondsoorten geldt dat u op bouwland: · Op minimaal 1/3 deel een ander gewas teelt dan vorig jaar. Dit kan een andere hoofdteelt zijn of een vanggewas dat u moet telen tot de hoofdteelt van het volgende jaar. · Eénmaal per 4 jaar, en uiterlijk in 2026, een andere hoofdteelt teelt. Continuteelt met één gewas is daardoor niet mogelijk. Vrijstelingen voorwaarden ‘alle grondsoorten’ U kunt op bedrijfsniveau vrijgesteld zijn van de twee voorwaarden die voor ‘alle grondsoorten’ gelden. U bent vrijgesteld als u meer dan 75% gras heeft of als u een biologisch bedrijf heeft (volledig gecertificeerd). Daarnaast zijn bepaalde teelten vrijgesteld zoals tijdelijk grasland, meerjarige teelt en natte teelt. Verder geldt er een uitzonderring voor zware klei met continuteelt van wintergranen in het gebied Oldambt en de Hoeksche Waard. Ga na of u nu actie moet ondernemen voor invulling van GLMC 7. Aan bepaalde eisen kunt u immers alleen nog dit jaar of volgend jaar voldoen. Ook in 2025 Vestigingssteun Jonge landbouwer Dit jaar wordt de Vestigingssteun Jonge landbouwers opengesteld van 28 april t/m 27 juni. De voorwaarden zijn vergelijkbaar met vorig jaar. Subsidiebedrag € 80.000 en algemene voorwaarden Het subsidiebedrag is € 80.000 per bedrijf. Een bedrijf en/of jonge landbouwers mag de Vestigingssteun niet eerder hebben ontvangen. Van belang is dat de jonge landbouwer, vanaf 1 januari 2023, het bedrijf (deels) heeft overgenomen of is gestart. De juridische levering moet op het moment van aanvraag hebben plaatsgevonden. Het bedrijf moet zijn ingeschreven bij KVK, met landbouwactiviteiten. De standaardverdiencapaciteit moet minimaal € 15.000 zijn. Voorwaarden jonge landbouwer De jonge landbouwer: · Is op 31 december 2025 niet ouder dan 39 jaar. · Is bedrijfshoofd op moment van aanvraag. · Heeft een land-/tuinbouwopleiding of tenminste twee jaar aantoonbare ervaring (vanaf 16 jaar). Wanneer is jonge landbouwer ‘bedrijfshoofd’? Er is sprake van ‘bedrijfshoofd’ als de jonge landbouwer: · Het bedrijf volledig heeft overgenomen, of · Het bedrijf tenminste voor 50% juridisch in eigendom heeft of bij een BV tenminste 50% van de aandelen bezit. · Blokkerende zeggenschap heeft voor bedragen boven de € 25.000. · Voor tenminste 1.225 uur werkzaam is in het bedrijf. Heeft u, als jonge landbouwer, belangstelling voor de ‘Vestigingssteun’? Neem dan contact met ons op. Kort nieuws Melding ‘oneens met bufferstrook’ in ‘ Mijn Percelen’ Ook dit jaar moet u rekening houden met de verplichte bufferstroken. Bent u het niet eens met voorgestelde bufferstroken? Bijvoorbeeld omdat de typering van de waterloop volgens u niet juist is? Dan kunt u dit alleen in ‘Mijn percelen’ aangeven. Hiervoor moet u in ‘Mijn percelen’ bij de betreffende waterloop ‘een stip’ zetten en de reden aangeven. Status opmerkingen bufferstroken 2024 In 2024 heeft u wellicht ook opmerkingen geplaatst bij bepaalde bufferstroken/waterlopen. U kunt de status hiervan inzien in ‘Mijn percelen’. Hiervoor moet u bij uw percelen de peildatum 15 mei 2024 invullen. Vervolgens krijgt u per melding in beeld of deze ’verwerkt’, ‘afgewezen’ of ‘in behandeling’ is. Tabellenbrochure ‘Mest’ 2025 beschikbaar RVO heeft de Tabellenbrochure 2025 voor ‘Mest’ beschikbaar gesteld. Zie hiervoor de site van RVO: www.rvo.nl/onderwerpen/mest/tabellen . Hierin zijn o.a. de nieuwe stikstofgebruiksnormen van gewassen in NV-gebieden opgenomen (Tabel 2g). Daarnaast zijn de nieuwe stikstofexcretienormen voor melkkoeien opgenomen in Tabel 6a (drijfmest) en Tabel 6b (vaste mest). Mestverwerkingsplicht biologisch bedrijf Heeft u een biologisch bedrijf en heeft u een mestverwerkingsplicht? Dan kunt u uw mestverwerkingsplicht invullen door mest af te voeren naar een ander biologisch bedrijf. Vanaf 2025 is het niet meer verplicht om deze biologische mest binnen het betreffende kalenderjaar af te voeren. Agenda Periode 28 april t/m 27 juni • Aanvraag Vestigingssteun Jonge landbouwers Uiterlijk 15 mei • Indienen Gecombineerde opgave, inclusief o Aanvraag GLB-subsidies o Opgave eco-activiteiten o Opgave fosfaatdifferentiatie (per perceel) • Aanmelden stikstofdifferentiatie Uiterlijk 1 juni • Aanmelden Equivalente maatregel (stikstof)